Balansartikel CAP - En nu? Back to the roots! PDF Print Email
Geschreven door David Dessers op donderdag, 01 november 2007
Op 1 september publiceerden we op de sapsite een interview met Lode Van Outrive, waarin hij afrekent met het CAP. ‘Ze hebben het nog altijd niet begrepen en CAP kunt ge vergeten’, was de titel die hij zelf verzon voor het interview. De integrale tekst staat nog steeds online. Wij willen in dit artikel ingaan op enkele interessante passages uit de tekst en nagaan welke politieke perspectieven er zich momenteel aftekenen voor radicaal links in dit land. CAP is het vehikel waarmee een klein deel van de antineoliberale linkerzijde naar de verkiezingen is getrokken. Maak van dat vehikel nu ajb geen fetisj, geen nieuwe radicaal linkse partij die nu lid per lid en op voluntaristische basis moet opgebouwd worden. Laten we integendeel back to the roots gaan!

Een terugblik op de hele CAP-operatie levert voor ons niet enkel negatieve conclusies op. 28 oktober 2006, de dag van de eerste conferentie van het CAP en UAG, was een beetje een historische dag voor de linkerzijde in dit land en toonde weldegelijk het potentieel. Ook Van Outrive stelt dat vast: “Ik denk dat de CAP-ervaring duidelijk heeft getoond dat er een publiek bestaat voor een consequent linkse formatie.”  Maar hij voegt er meteen aan toe: “Hadden we dat publiek echter willen bereiken in de verkiezingen, dan hadden we met een echte eenheidslijst moeten uitpakken.

Met de nadruk op één

In de nadagen van de strijd tegen het generatiepact bestond er in ieder geval een bredere groep van syndicalisten, basismilitanten van SP.A, linkse activisten die de tijd rijp achtten voor een nieuwe linkse formatie. De perikelen rond de voorzittersverkiezingen in de SP.A tonen trouwens aan dat die partij nog steeds kampt met de naweeën van dat generatiepact. Op 28 oktober 2006 slaagde CAP en UAG er samen in om een gedeelte van dat potentieel aan te boren en samen te brengen. Volgens Lode slaagde CAP er niet in om dat potentieel vast te houden, door het gebrek aan eenheid, met de PVDA, met UAG etc. Dat is ongetwijfeld een deel van de waarheid.

In vergelijking met de geboorte van de WASG is Duitsland bleef de groep van syndicale kaders die actief meebouwden aan een politiek alternatief in België hoe dan ook zeer beperkt. Toch was er overduidelijk interesse vanuit een deel van de syndicale basis maar ook vanuit de een deel van de leidingen in een nieuwe kracht die een politieke bondgenoot van de vakbonden zou kunnen worden in hun gevecht tegen de neoliberale politiek. In Rood kwam bijvoorbeeld Bruno Verlaeckt, voorzitter van de Algemene Centrale Antwerpen, uitgebreid aan bod. Wat zei die ook weer in dat interview? Verlaeckt: “Er is een ruimte, een behoefte en een noodzaak aan één alternatief ter linkerzijde van de SP.A, met de nadruk op één. Alleen onder die omstandigheden geloof ik inderdaad dat er een ruimte is. Ik geloof niet in drie alternatieven en ook niet in twee. Enerzijds moeten we proberen een beetje op de adem van het Vlaams Blok te trappen en ook in de bedrijven een alternatief te kunnen bieden voor extreem-rechts en anderzijds een zweeppartij te vormen voor de SP.A zoals we dat ook in Nederland of Duitsland meemaken.”

Scepticisme meets scepticisme

In die zin is de vaststelling die Lode maakt helemaal niet onzinnig. Die krachten die niet enkel uit pure ideologische overtuiging maar ook uit pure noodzaak aan een geloofwaardige hefboom om het neoliberalisme te bekampen, kiezen voor de opbouw van een links alternatief, haken al vlug af wanneer de eeuwige verdeeldheid weer eens de kop op steekt. In die zin heeft de SAP zich steevast uitgesproken voor een samenwerking tussen CAP en PVDA en vonden we zelfs dat CAP de prijs voor zo’n eenheid niet te hoog hoefde op te drijven. Over de gevoerde gesprekken tussen PVDA en CAP doen uiteenlopende versies de ronde.

De PVDA-leiding geeft toe dat het afhaken van Jef Sleeckx als kandidaat op de lijst een belangrijk element was in hun houding tegenover een eventueel kartel, maar stelt tegelijkertijd dat zij voor het eerst over een mandaat beschikte om effectief te onderhandelen over een kartel PVDA-CAP. Dat doet ons toch ook besluiten dat er meer uit die onderhandelingen had kunnen komen, mocht de goesting aan de kant van CAP wat groter geweest zijn. Het is immers allesbehalve een geheim dat de numeriek sterkste kracht binnen CAP, LSP-MAS, eveneens zeer sceptisch stond ten opzichte van een kartel. Als het ene scepticisme, het andere ontmoet, kan je moeilijk verwachten dat er iets uit de bus zal komen. Op dat vlak vinden we dus dat Lode nogal eenzijdig de bal in het kamp van de PVDA legt als hij stelt: “Volgens mij is het beginnen verkeerd lopen met de weigering van de PVDA om tot één linkse lijst te komen. Tijdens die discussie werd snel duidelijk, of liever, nog eens bevestigd dat de PVDA alleen wilde opkomen. In mijn ogen vormde die weigering het begin van heel het failliet van die CAP-onderneming.”

Er is niets mis met de verantwoordelijkheid van de PVDA te duiden, alleen kan je onmogelijk voorbijgaan aan het feit dat ook CAP een verantwoordelijkheid draagt in de weigering van de eenheid. Daar waar het tot stemmingen kwam, zoals bij CAP-Gent, werd de eenheid simpelweg verworpen. Waarom dat verzwijgen? Bovendien kan je je de vraag stellen of het door het stuklopen van de gesprekken tussen PVDA en CAP was dat de hele zaak finaal de dieperik is in gedraaid. Dat lijkt ons wat kort door de bocht. Ook Lode ziet een belangrijke tweede reden: “Wij hadden een uitstekende partner gevonden in Franstalig België, met Une Autre Gauche (UAG). (…) Dan kwam er dus die breuk tussen MAS en UAG, om redenen die mij nog steeds niet zo duidelijk zijn.(..) Na die breuk is MAS dan meteen begonnen met de oprichting van CAP in Wallonië, onder leiding van zichzelf. Ik was daar vanaf het begin tegen, om de simpele reden dat wij een afspraak hadden met UAG en ik die wilde respecteren. Sinds de oprichting van de Franstalige CAP is de zaak pas echt helemaal fout beginnen lopen.”

Doorheen de bullshit

Daar kunnen wij het alvast volmondig mee eens zijn. Over de houding van anderen, kan je slechts debatteren, de eigen koers en beslissingen van CAP kan je daarentegen evalueren. Wij denken dat CAP weldegelijk een hoopgevend resultaat had kunnen neerzetten in de verkiezingen, indien er intern andere keuzes waren gemaakt.  Het opblazen van de eenheid met UAG, was het meest duidelijke maar niet het enige voorbeeld van hoe CAP in eigen voet heeft geschoten, daarin kunnen we Lode zeker volgen. In de debatten over die breuk regent het steevast anekdotes en verslagen van ontmoetingen, die zich situeren tussen juli 2006 en 3 februari 2007. Iedereen die de breuk wil verdedigen, kan altijd wel één of ander moment aanduiden waarop UAG zich zou afgesloten hebben van CAP. Die discussie willen we niet mee voeren.

Om het gedistingeerd uit te drukken: we moeten doorheen de bullshit kijken. In de loop van de maand juni 2006, net na de eerste vergadering van CAP, heeft LSP beslist om uit UAG te stappen omdat die beweging volgens hen ondemocratisch zou werken (terwijl wij net vonden dat UAG zich op democratisch vlak meer ontwikkeld had waardoor georganiseerde krachten zoals SAP of LSP minder makkelijk een vergadering konden manipuleren, maar bon). Vanaf die breuk tussen LSP en UAG is er een constant getouwtrek geweest binnen CAP om de banden met UAG al dan niet door te knippen. Maanden later, op 28 oktober, was dat gevecht nog steeds niet beslist en zat UAG nog mee aan tafel, maar de sfeer en het onderlinge vertrouwen waren wel reeds compleet verziekt. In die zin heeft die verziekte sfeer uiteindelijk gezorgd voor een reële breuk tussen beide initiatieven en haalde LSP zijn slag thuis. Dit getouwtrek heeft echter niet enkel het vertrouwen tussen UAG en CAP aangetast maar ook intern binnen CAP de noodzakelijke constructieve attitude een fikse knauw gegeven.

Vijf minuten politiek moed

En het moet gezegd: UAG en CAP werkten op een andere manier, vanuit een andere achtergrond. Die verschillen waren reëel. UAG zag (net als de SAP trouwens) meer heil in een gefederaliseerde structuur, met één nationale leiding, maar aangevuld door gefederaliseerde leidinggevende organen. De meerheid binnen CAP wilde werken met één unitaire leiding, en daaronder enkel maar provinciale structuren. LSP stond duidelijk op die laatste positie, maar ook senaatslijsttrekker Raf Verbeke stelde het voor alsof het initiatief zou vallen of staan door die discussie en trok helemaal de kaart van de unitaire structuur.

De SAP bepleitte nochtans in al deze discussies een ‘pragmatische’ houding, een woord dat ons nog een aantal keren kwalijk werd genomen. Wij denken dat het zonder meer mogelijk was UAG en CAP naar elkaar te laten toegroeien en beide initiatieven als uitgangspunt te nemen om te komen tot een ééngemaakte, brede, linkse formatie. Ook die structuurdiscussie kon in feite gemakkelijk opgelost worden. Niemand bepleitte aanvankelijk gescheiden werkingen van beide initiatieven. Iedereen leek aanvankelijk gewonnen voor een ééngemaakte leiding. Met een kleine dosis pragmatisme en politieke flexibiliteit had die klip genomen kunnen worden. Zelfs na die verschrikkelijke vergaderingen van de zomermaanden 2006 had het roer nog makkelijk omgegooid kunnen worden. Het vereiste simpelweg vijf minuten politieke moed. Maar in plaats daarvan bleef het gescheld aanhouden: UAG waren “klojo’s die niets vertegenwoordigden” etc. Tja. En dan zijn er nog steeds mensen die beweren dat het UAG was die de deur dichttrok.

Wankel

Lode Van Outrive gaat in het interview evenmin zijn eigen houding en die van Jef (en in mindere mate George) uit de weg: “Kwam daar nog bij dat Sleeckx, Debunne en ikzelf het niet zagen zitten om op onze leeftijd nog deel te nemen aan die verkiezingen. Debunne is oud en heeft een wankele gezondheid. Ik ben toch ook wel wat op de sukkel. En Jef had eerder familiale problemen die hem weerhielden om kandidaat te zijn. Weet je, Ik ben ooit in de politiek geweest. Ik heb dus gezien wat het vergt om je daarin te engageren. Dat is dag en nacht. Als je dat goed wil doen, ben je daar altijd mee bezig. Wij voelden ons in feite niet meer in staat om dat te doen.” Voor de redenen die de drie opgaven om zich niet actief te mengen in de kiesstrijd, kunnen we natuurlijk enkel maar respect opbrengen. Maar bij verkiezingen in de 21ste eeuw spelen ‘personaliteiten’ nu éénmaal onmiskenbaar een rol. CAP-UAG werd voor een stuk veréénzelvigd met de figuur Jef Sleeckx en het was dan ook erg jammer dat Jef zelfs niet bereid was om een rol als lijstduwer te spelen. We kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat die onverkwikkelijke evolutie van CAP er mee voor zorgde dat Jef die beker aan zich liet voorbijgaan.

In ieder geval waren er dus drie beslissende elementen die maakten dat de SAP op het CAP-congres van 3 februari niet langer gewonnen was voor een verkiezingsdeelname (tussen haakjes: tot enkele weken daarvoor waren we dat weldegelijk wel, ondergetekende stond nog borg voor de eindredactie van het kiesprogramma etc.). Die elementen waren: 1) het uitblijven van een echte verbreding (militanten en kaders van vakbonden en andere sociale bewegingen, PVDA,…), 2) de interne politiek van verdeeldheid en uitsluiting in plaats van insluiting, met als grootste probleem de breuk met UAG en 3) het afhaken van de drie founding comrades als kandidaten op de lijst. Tel daar nog eens het gebrek aan structuur en middelen bij het werd stilaan duidelijk dat de voorwaarden niet vervuld waren om een behoorlijk resultaat neer te zetten (bijvoorbeeld van rond 1 procent). Een echte kleine uitslag zou de verdere uitbouw van het CAP in onze ogen enkel maar bemoeilijken en vandaar pleitten we tegen deelname.

Back to the roots

Vandaag is de uitslag al een hele tijd gekend en we stellen vast dat ook Lode Van Outrive met een analyse naar buiten treedt die op vele punten overeenkomt met de analyse van de SAP, al is het duidelijk dat Lode inmiddels zijn bekomst heeft van al die praktijken en dus alle radicaal linkse organisaties met de vinger wijst. Natuurlijk vinden we dat niet helemaal correct maar we kunnen het wel begrijpen.  We schreven het al net na verkiezingen, CAP staat nu voor een tweesprong. Ofwel werkt het nu aan een rechtlijnige uitbouw van de eigen partij. In dat geval blijft CAP slechts de politieke uitdrukking van een heel klein segment van het antineoliberale verzet in de maatschappij en krijgen we er eigenlijk een nieuw radicaal links partijtje bij. Ofwel keert CAP terug naar de oorspronkelijke ambities van het project: heel de antineoliberale linkerzijde verenigen om samen werk te maken van een politiek instrument dat de neoliberale politiek en extreem-rechts stokken in de wielen kan steken. Als CAP dit niet doet, zal het debat over de noodzaak van een nieuwe, brede linkse partij voor de werkende mensen elders tot uiting komen. Je kunt dat debat nu éénmaal niet opsluiten binnen het kader van het huidige CAP.

CAP is het vehikel waarmee een klein deel van de antineoliberale linkerzijde naar de verkiezingen is getrokken. Maak van dat vehikel nu alsjeblieft geen fetisj, geen nieuwe radicaal linkse partij die nu lid per lid en op voluntaristische basis moet opgebouwd worden. Daar heeft niemand iets bij te winnen! CAP is niét de nieuwe arbeiderspartij, zoals de SP of WASG dat wel bleken te zijn. Maak het er dan ook niet van!  Wil CAP in de onmiddellijke toekomst een nuttige politieke rol spelen, moet het back to the roots gaan en trachtten zoveel mogelijk linkse militanten van de arbeidersbeweging en andere sociale bewegingen samen te brengen op basis van een antineoliberaal programma om samen politieke initiatieven te ontwikkelen met als perspectief de noodzaak aan een nieuwe, brede en linkse politieke formatie. Al de rest is de kar voor het paard spannen.

De mol graaft door

Onze inschatting vandaag is dat na deze electorale opdoffer temidden van een rechtse overwinning, het debat over de opbouw van een linkse politieke kracht voor een stuk teruggeslagen is. Er zal nieuwe strijd van de arbeidersbeweging en andere sociale bewegingen nodig zijn om opnieuw tot politieke opheldering en nieuwe initiatieven te komen. En in die sociale strijd kan radicaal links voluit haar rol spelen. Wij lanceerden bijvoorbeeld een oproep voor een nationale manifestatie voor een sociale aanpak van het klimaatprobleem, samen met andere partners uit de sociale bewegingen. Inmiddels roepen ook de vakbonden en de grotere ngo’s op voor die klaar en duidelijk antineoliberale manifestatie. Binnen ‘Klimaat en sociale rechtvaardigheid’ werken inmiddels militanten van SAP, PVDA, KP, LSP en CAP goed samen. Welnu, dit is slechts één voorbeeld van hoe we opnieuw de banden kunnen aanhalen, gezamenlijke strijdervaringen kunnen opdoen en de sociale strijd in dit land vooruit helpen. Geef ons meer van dat en we zijn er zeker van dat de mol van de politieke herschikking binnenkort opnieuw zijn kopje boven de grond zal steken.  En dan kunnen we doen wat Lode aan het einde van zijn interview zegt: met een nieuwe generatie een nieuwe poging ondernemen. En de ervaring en de lessen van CAP zullen ons dan wonderwel van pas komen!

Naar boven