Lula’s omelet van ongebroken eieren PDF Print Email
Geschreven door Willem Bos op dinsdag, 22 april 2003

De verkiezing van Luis Ignacio da Silva ‘Lula’, voormalige schoenenpoetser, metaalarbeider, stakingsleider en politieke gevangene tijdens de militaire dictatuur, was een geweldige overwinning van links. De vraag is of de nieuwe regering de verwachtingen van de kiezers ook waar zal kunnen maken. Zal ze in staat zijn werkelijk verbetering te brengen in de levensomstandigheden van de arme meerderheid van de 175 miljoen Brazilianen?

 

Met maar liefst 61 procent van de stemmen, tegen 38,5 procent voor zijn rechtse tegenstander José Serra, behaalde Lula als kandidaat van de arbeiderspartij PT een historische overwinning. Deze grote overmacht bij de presidentsverkiezing betekent niet dat links ook in het parlement een meerderheid heeft. Tegenover de 61 procent voor Lula in de tweede ronde of de 46 procent in de eerste ronde stond slechts 16,5 bij de parlementsverkiezingen. De PT haalde maar 91 van de 513 zetels in het federale parlement. Daarmee heeft ze wel de grootste fractie, maar vormt zij, zelfs samen met de andere partijen die in de tweede ronde de kandidatuur van Lula steunden, op lange na geen meerderheid. In de senaat is de fractie van de PT zelfs kleiner dan die van de belangrijkste rechtse partij. Ook behaalde ze slechts in drie van de 26 deelstaten die samen de federale republiek Brazilië vormen de meerderheid.

Lula Light

Daarnaast moeten we bedenken dat de PT - en zeker Lula zelf - een weinig linkse campagne heeft gevoerd. Als kandidaat voor het vice-presidentschap werd de ondernemer en lid van de Liberale Partij Jose Alencar aangetrokken. Lula maakte duidelijk dat er geen sprake zou zijn van het stoppen met de afbetaling van Brazilië’s gigantische buitenlandse schuld en dat ook op andere punten niet gebroken zou worden met de recepten van het IMF. Lula light was het nieuwe merk, ook voor ondernemers en buitenlandse investeerders een aantrekkelijk product, zo was de boodschap.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat de in januari aangetreden nieuwe regering vooral op economische sleutelposten nogal wat voorstanders van een neoliberale politiek bevat. Met name de benoeming van voormalig Boston bankpresident Henrique Meirelles tot president van de centrale bank leidde tot protesten van de linkervleugel van de PT. Dit temeer omdat hij nadrukkelijk verklaarde de politiek van zijn voorganger voort te zullen zetten. Daar komt bij dat Lula het traditionele standpunt van de PT, dat de centrale bank onder de verantwoordelijkheid van de regering moet vallen, heeft laten vallen. Volgens linkse critici komt dit neer op een economische beleid, dat voor een groot deel uit handen wordt gegeven aan een rechtse technocraat en zich onttrekt aan democratische controle.

Twintig van de dertig door Lula benoemde ministers behoren tot de PT. Het merendeel daarvan (twaalf) komt uit de meerderheidsstroming van de PT waartoe ook Lula behoort. Drie behoren tot de linkse stroming, drie andere nemen een tussenpositie in. De overigen staan los van de verschillende stromingen. Naast de leden van de PT hebben alle zeven partijen die de kandidatuur van Lula in de tweede ronde steunden een ministerspost gekregen. Daarnaast zijn er zeven partijloze ministers, die over het algemeen rechts van de PT staan.

Twee zielen

Ook het regeringsprogramma is als breed te karakteriseren. Aan de ene kant is er de duidelijke intentie om de levensomstandigheden van de meerderheid van de bevolking te verbeteren. Lula gaf aan te willen bereiken dat voor het eerst in de geschiedenis iedere Braziliaan

’s avonds zonder honger naar bed gaat. Aan de andere kant wil men dit streven bereiken zonder in aanvaring te komen met de binnenlandse elite, het IMF en de buitenlandse investeerders. Het is geen overdrijving om te stellen dat dit neerkomt op een poging een omelet te maken zonder de eieren te breken. Het kan dan ook niet anders of dit zal de komende tijd tot heftige sociale strijd leiden. De verkiezingszege van Lula is te danken aan de wens van de bevolking om een einde te maken aan de misère en de ongelijkheid. De sociale bewegingen, waaronder de beweging van landloze boeren MST, lieten al blijken dat ze de campagne van Lula weliswaar gesteund hebben, maar dan ook verwachten dat de nieuwe regering haast maakt met haar sociale programma en het programma van landhervorming.

Ook binnen de PT zal de strijd de komende tijd oplaaien. Een voorbode daarvan was in het parlement te zien waar Heloísa Helena, een vrouwelijke senator, lid van DS (zie kader) en een van de oprichtsters van de PT, zich heftig verzette tegen de benoeming van Meirelles tot president van de centrale bank. Voor de partijleiding was dat aanleiding om te dreigen met disciplinaire maatregelen. Ook heeft een deel van de parlementsfractie aangekondigd zich te zullen keren tegen de verzelfstandiging van de centrale bank. En zo liggen er nog vele conflicten in het vooruitzicht.

Mobilisaties

De linkervleugel van de PT staat de komende tijd voor een grote uitdaging. Als de regering niet breekt met het neoliberale beleid zal dat ook op langere termijn de ruimte voor een sociaal beleid sterk beperken. Links zal moeten proberen om de hooggespannen verwachtingen van de bevolking te kanaliseren in effectieve mobilisaties. Alleen zo kan men de uitvoering van het sociale hervormingsprogramma van de nieuwe regering afdwingen. De linkerzijde kan zich daarbij veelal beroepen op uitspraken van het laatste partijcongres.

Daarmee wordt deze strijd ook een gevecht over de interne democratie in de PT. Lukt het de rechtse krachten in en buiten de regering om haar neoliberale project voort te zetten, of blijft de PT de partij van de onderdrukten, van de sociale strijd. Begin februari was Lula zowel aanwezig op het Wereld Economische Forum in Davos, als op het Wereld Sociaal Forum in Porto Alegre. Op beide werd hij hartstochtelijk toegejuicht. Op langere termijn zal het zelfs hem niet lukken om zowel het kamp van het grootkapitaal en de internationale markten, als de wereld van Porto Alegre, van de andersglobalisering en de directe democratie aan zich te binden. Dan zal duidelijk worden dat het een kwestie is van óf de eieren breken, óf geen omelet.

Brazilië

Met een oppervlakte van 207 maal Nederland en een bevolking van 175 miljoen is Brazilië veruit het grootste land van Latijns Amerika. Het is het land met de grootste sociale verschillen in de wereld. Tien procent van de bevolking heeft de helft van de nationale rijkdom in handen, terwijl de armste helft het met tien procent moet doen. Het meest schrijnend is de verdeling van het landbezit. Eén procent van de bevolking bezit de helft van het land en 4,5 miljoen boeren zitten zonder. Brazilië is een belangrijke exporteur van landbouw gewassen maar kent ook een omvangrijke industrie. De informele sector van de economie is groot: meer dan de helft van de arbeiders heeft geen arbeidscontract en kan dus niet terugvallen op sociale voorzieningen.

Ook wat buitenlandse schuld betreft behoort Brazilië tot de groten der aarde. In totaal staat men voor $ 299 miljard in het krijt. De jaarlijkse aflossing op deze schuld bedraagt meer dan de helft van de staatsbegroting.

Arbeiderspartij

De Arbeiderspartij PT die in 1980 werd opgericht is, ook internationaal gezien, een unieke partij. Ontstaan tijdens de militaire dictatuur, door het samengaan van een strijdbare vakbondsstroming, radicale christelijke aanhangers van de bevrijdingstheologie, en revolutionair marxisten (trotskisten). Een werkelijke massapartij met nauwe banden met de grootste vakbeweging CUT; de beweging van landloze boeren MST en ander sociale bewegingen.

De PT is ook een partij waarin vanaf de oprichting verschillende georganiseerde stromingen functioneren. De grootste stroming is het centrum waar Lula deel van uitmaakt. Daarnaast is er een omvangrijke linkervleugel, bestaande uit verschillende georganiseerde stromingen. Op het laatste congres in 2001 kreeg de linkervleugel ongeveer een derde van de stemmen.

Socialistische democratie

Leden van de ‘Vierde Internationale’ (de internationale organisatie waar ook de SAP onderdeel van uitmaakt) behoren tot de oprichters van de PT en zijn georganiseerd in de stroming ‘democracia socialista’ DS. Met name in de zuidelijke deelstaat Rio Grande do Sul en haar hoofdstad Porto Alegre, speelt DS een belangrijke rol. Van 1996 tot 2000 was DS lid Raul Pont burgemeester van Porte Alegre. DS is vooral bekend door het systeem van participerend budgetteren, dat toen in de praktijk werd gebracht en waarbij buurtbewoners zelf meebeslissen over de vraag welke investeringen er in hun buurt worden gedaan.

Op landelijk vlak is DS een belangrijk kracht in de linkervleugel van de PT. Op het laatste landelijk congres kreeg Raul Pont 19 procent van de stemmen als kandidaat partijvoorzitter. DS lid Miguel Rossetto is binnen de regering Lula minister van Agrarische hervorming. Een benoeming die toegejuicht werd door de beweging van landloze boeren MST. De voorzitter van de agrarische ondernemers omschreef Rossetto als: ‘een lafaard, die samen met de misdadigers van de MST de oorlog heeft verklaard aan de agrarische ondernemers.’

Naar boven