Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Crisis in Argentinië - De betekenis van de argentinazo PDF Print Email
Geschreven door Claudio Katz op donderdag, 10 januari 2002
Argentinië beleeft een economische, sociale en politieke crisis zonder voorgaande. De volksopstand drukte het ‘neoliberale model’ met de rug tegen de muur.  Met de val van drie presidenten in minder dan twee weken zet de volledige ontbinding van de burgerlijke institutionele ‘orde’ en haar politieke vertegenwoordigers zich verder. De ‘zelfbijeengeroepen’ massa’s hebben de klassenstrijd op de dagorde geplaatst en verplichten het heersende blok te zoeken naar een oplossing van ‘nationale heil’ die geenszins haar controle over de situatie verzekert. De tekst van kameraad Claudio Katz die we hieronder publiceren werd geschreven enkele uren voor het ontslag van Rodriguez Saa. De tekst beschrijft de formidabele revolte van het volk en de uitdagingen voor de linkerzijde.

De revolutionaire dagen van de argentinazo maken nu al deel uit van de geschiedenis van de volksopstanden omwille van de buitengewone omvang van de opstand, de overwinning op de  repressiekrachten en omdat ze de val veroorzaakten van een regering die het volk uithongerde. Het is de kroon op een decennium  van intense voorbereidende strijd en het luidt een nieuwe etappe in van meer geradicaliseerde en massale bewegingen zoals het potten- en pannenconcert dat de nieuwe regering van Rodriguez Saa verplichtte de meest corrupte ambtenaren te ontslaan alvorens zichzelf de bons te geven.(1) 

Het gebeurt niet zo vaak in de wereld dat een burgerregering van ‘progressieve’ oorsprong die ten dienste staat van het IMF op haar bek gaat ten gevolge van de directe actie en de mobilisatie van het volk. Het succes van de opstand laat zich verklaren door de convergentie in de strijd van alle sectoren van het volk getroffen door de aanpassingspolitiek. Deze convergentie van werknemers, werklozen, van de middenklasse en va de jeugd haalden het in 48 uren op Cavallo-De la Rùa en hun staat van beleg. 

De protagonisten 

De huidige argentinazo wordt voorafgegaan door een lange reeks opstanden die begon met de Santiagazo (2) in 1993 en die zich verderzette met de opstanden van Cutral-Co en General Mosconi. Gedurende de twee voornaamste dagen van deze revolte bestond het centrale element uit de mobilisatie van werklozen en bestaansonzekere werknemers uit de arme buitenwijken van Buenos Aires en van het binnenland. Zij trokken de straat om via directe actie voedsel te eisen. De miljoenen in uiterste armoede gedreven kameraden zijn in hun wijken de protagonisten geworden van de volksopstand. De koersverandering kwam er door het opzetten van wegblokkeringen door alle gemobiliseerde sectoren. Ook al was er nu een minder samenvallen met de georganiseerde actie van de beweging van piqueteros, is het een feit dat de strijdvormen die het introduceerde vandaag regel zijn geworden in elke volksstrijd. 

De argentinazo vormt het hoogtepunt van een reeks stakingen en betogingen van werknemers uit tal van sectoren: telefoon, aeronautica, keramisten, spoormannen, gemeentepersoneel en leerkrachten. Deze strijd had een grote impact voor en na de massale staking van 13 december, waarvoor opgeroepen werd door de drie vakbondscentrales. Zoals de traditie het in Argentinië wil, vormden deze stakingen de achtergrond van een algemene revolte, waarbij voor de zoveelste keer werd aangetoond dat stakingen ‘tot iets dienen’ en dat de arbeidersklasse – die zwaar getroffen is – een doorslaggevende rol blijft spelen in de grote confrontaties. 

Maar de georganiseerde interventie van de arbeidersklasse verwierf slechts tijdens de twee sleuteldagen van de uitbarsting het gewicht dat het had tijdens de revolte van 17 oktober (3), van de Cordobazo of van de algemene staking van 1975, omdat de vrees voor een volksdebordement de twee CGT’s en de leiding van de CTA ertoe aanzette in de tweede linie te blijven, ver verwijderd van het epicentrum van de strijd. 

De middenklasse stond in voor de spontane explosie van woensdag 19 december die  uitliep op de bezetting van de Plaza de Mayo. De opeising van termijnrekeningen en de gedwongen bancairisering waren de druppels die de emmer deden overlopen na een week van verontwaardiging  in de banken en vele jaren van verzet tegen de pauperisering. De kiezers van de Alliantie die met de cazerolados begonnen in de hand van Chacho (4) eindigden met een hels kabaal voor de residentie van zijn kompaan Cavallo. Bij vorige protesten waren ze al de straat opgetrokken (bijvoorbeeld tegen de overstromingen), maar ditmaal bleef niemand thuis. 

Het belang van de cazerolado ligt in het feit dat het de nadrukkelijke eis invoerde van het ontslag van De la Rua en Cavallo via een mars naar het machtscentrum, waardoor de poging van de regering mislukte om het volk te verdelen tussen ‘plunderaars uit de arme wijken’ en ‘eigenaars van het centrum’. De door de geheime diensten en media opgezette operatie om de middenklasse op te zetten tegen de ‘vandalen’ mislukte. De regering viel, precies omdat ze inging tegen het openlijk verzet van deze sector tegen de staat van beleg. In tegenstelling tot in 1955 is de middenklasse vandaag geen voorstander van autoritaire, tegen de arbeiders gerichte oplossingen en is er ook geen steun voor een militaire coup. Het gaat om een meer verarmde, meer vrijzinnige en meer geradicaliseerde sector. 

De jongeren gaven de doorslag in de succesrijke mobilisatie van donderdag 20 december. Ze trokken de straat op, verweerden zich lijfelijk tegen de repressie, tartten matrakken en traangas en heroverden de Plaza de Mayo op de repressiekrachten met hun paarden en kogels. Deze actie werd de definitieve vuurdoop van een hele generatie die de militaire dictatuur niet gekend heeft, maar die leed onder de sociale genocide en de politiebrutaliteiten van de afgelopen twintig jaar. De studenten, bedienden en motorrijders die samen met de moeders weerstand boden op de Plaza doen het heroïsme van de jaren zeventig heropleven. De kinderen van de Cordobazo hebben reeds het succes van de Argentinazo op hun palmares staan en vormen de nieuwe motor van de gevechten die na deze overwinning zullen geleverd worden. 

De enige politieke stroming die aanwezig was onder de vier krachten die convergeerden in de revolte was de linkerzijde. Tijdens de hachelijke momenten van de repressie bevond geen enkele ambtenaar, verkozene of publieke vertegenwoordiger van de andere tendensen zich op straat. Die mensen weten over eender wat discours te improviseren, maar weigeren gevaar te lopen door met het volk op de barricaden te gaan staan. Terwijl de rechterzijde meer matrakslagen eiste tegen de manifestanten en de peronisten de regeringswissel bekokstoofden, besloten de ex-leden van de Alliantie (centrum-links) zich ver van het toneel te houden. Door actief aan de actie deel te nemen hebben de meeste linkse partijen zich moedig en revolutionair gedragen. Maar vandaag staan ze voor een nieuw soort uitdaging : de politieke fusie bewerkstelligen met de massa’s om koers te zetten richting socialisme. 

De nieuwe situatie 

De regering, die in 1999 arbeiders vermoorde in Corrientes, draagt de verantwoordelijkheid voor de 27 dodelijke slachtoffers van de politiebarbarij. De staat van beleg was geen ‘ontsporing’, maar een middel waarvoor door alle delen van de heersende klasse werd opgeroepen (het dagblad La Nacion, de kamers van koophandel, bankiers, UIA) (5). Zij wilden ‘het herstel van de orde’ via de oude methoden uit de tijd van de dictatuur. Daarom ligt het dodenaantal dubbel zo hoog als dat van de crisis in 1989.(6) Men had toestemming om te doden  zoals blijkt uit het feit dat de wapens gericht werden op vitale organen, het gebrek aan informatie in de ziekenhuizen, de klachten over foltering, het laten verdwijnen van bewijzen en een plan om 10.000 soldaten te laten tussenkomen ingeval de politie het niet aankon. 

De overwinning van het volk heeft het oorspronkelijke project van militarisering afgeremd en de beulen in het defensief gedrukt. De rechtstreekse verantwoordelijken van de slachtpartij (Mathov en Santos) zouden wel eens achter de tralies kunnen geraken als de beweging tegen hun straffeloosheid zich doorzet. Overigens is de vrijlating van de tijdens de beweging gearresteerden reeds aan gang en wordt er gestreden voor de vrijlating van alle militanten van de sociale strijd. De toen al wankelende regering van Rodriguez Saa zag zich ook verplicht een onderhoud toe te staan aan de Madres en veranderingen toe te brengen aan het decreet dat stelt dat folteraars uit de tijd van de dictatuur niet aan het gerecht mogen overgeleverd worden. 

De overwinning van de Argentinazo heeft dus de militarisering afgeremd, maar onthulde ook het bestaan van een repressief apparaat voorbereid om te vuur en te zwaard op te komen tegen het volk. Tegenover het oprukkende volk is dat dispositief in de schaduw gebleven, maar de burgerij houdt een contra-revolutionaire kaart achter de hand die ze zal uitspelen in een extreme situatie die ze vanaf nu wil uithollen door haar toegeving om de verantwoordelijken van alle misdaden tegen het volk te berechten en te straffen. Zoals aangetoond door de moord op drie jongeren in de wijk van Floresta op zaterdag 29 december, zijn vele repressieve krachten bereid een openlijke bloedige oorlog te lanceren. Ze kunnen enkel tegengehouden worden door een energieke reactie, zoals in die wijk ook gebeurde, die moet uitgebreid worden tot heel de federale hoodstad. We moeten ook waakzaam blijven ten opzichte van de actie van vele provocateurs die aanzetten tot ‘een oorlog van de armen tegen de armen’. De leiders van de piqueteros hebben dit al aangeklaagd. 

In Argentinië is de klassenstrijd op subtiele wijze gespannen geworden omdat de uitbuiters in het defensief werden gedrukt door de mobilisatie van het volk en bang zijn geworden. Cavalo blaast niet hoog meer van de toren, hij vraagt persoonlijke bescherming en wordt zelfs in zijn toevluchtsoord in het zuiden uitgejouwd. De la Rua mag het land niet meer uit en de politiechefs trachten een proces te vermijden. Maffioso zoals Grosso, die met behulp van de nieuwe regering probeerden opnieuw de staat te plunderen, werden door het volk in 24 uren tijd omvergeworpen. Hetzelfde lot wacht alle personnages van het nieuwe kabinet die allen problemen hebben met het gerecht (Franco, Frigeri, Vernet, Gabrieli). Zelfs Barra, een ouwe metgezel van Menem, kan in het openbaar niet rustig zijn koffie drinken en de rechters van het hooggerechtshof zijn het mikpunt van de volkswoede. Historisch is dit klimaat tegen de meest in het oog lopende figuren van de onderdrukking een klassiek symptoom van een revolutie in opmars. 

De heersende klasse is onthutst over de volksopstand en grijpt naar uiteenlopende manieren om de vulkaan te desactiveren, zonder tot een stabiele overheersingsstrategie te komen. Haar denkers hebben nog steeds de revolte en de instorting van de neoliberale fantasieën verteerd. Maar allen erkennen ze de draagwijdte van de Argentinazo, die ze vergelijken met de Tragische Week van 1919 (Fraga), gelijkstellen met een ‘civieke opstand’ (Morales Sola), beschouwen als de kracht die de regering deed vallen (Grondona) en toegeven dat de revolte plots oversloeg op de middenklasse (Massot). 

De Argentinazo veroorzaakte ook een aardschok onder de centrum-linkse intellectuelen ten prooi aan demoralisatie. Onder hen zijn er die er een misprijzend imperialistisch discours op nahouden (‘Argentijnen  zijn onverbeterbaar’), oude liberale vooroordelen (‘we zien vandaag een terugkeer naar het populisme’). Sommigen menen dat de val van de regering een ‘lamentabele episode’ is (Jitrik), anderen menen dat er van volk geen sprake is, enkel maar van benden (Abrham) en vragen zich af  ‘waarom de fascisten altijd winnen’ (Giardinelli) of suggeren dat de barbarij de beschaving aan het begraven is door een ‘terugkeer naar de 19de eeuw’ (Sarlo) en naar een ‘autoritair caudillismo’ (Martinez). Zij die het ‘einde van de volksmobilisaties’ hadden afgekondigd (Romero) en de triomf van het consumeristisch individualisme worden doodziek van de opstand die al hun ideeën compleet weerlegt. De Argentinazo bracht ook de radicale theoretici in verlegenheid die voorstellen ‘te strijden zonder de macht te grijpen’ omdat de revolte duidelijk gericht was op de vernietiging van een regering en het probleem stelde van hoe en door wie deze regering te vervangen. 

Uitdagingen voor de linkerzijde 

Alle slogans tijdens en na de Argentinazo viseerden het politieke regime. Ze waren niet enkel gericht tegen Cavallo en De la Rua, maar ook tegen ‘heel de politieke klasse… want het zijn allemaal dieven’. Dat gevoel overheerst zodanig dat amper één week na de val van de regering dezelfde opmerkingen gemaakt werden tegen R. Saa en zijn ‘corrupte ambtenaren’. De kreet ‘zonder radicalen en zonder peronisten zullen we een beter leven leiden’ drukt duidelijk deze verbittering uit na achttien jaar regeringen met verschillende figuren maar van hetzelfde systeem. De nieuwe marsen voor de rechtbanken om het ontslag van corrupte rechters te bekomen, toont duidelijk de afwijzing van het systeem aan (‘we hebben De la Rua gehad, we gaan nu voor het gerechtshof’). 

Maar tot nu toe weet het merendeel der betogers wat ze niet willen, maar niet welk alternatief ze moeten nastreven. In het verleden schepte dit een gunstig klimaat voor militaire coups, maar de militairen hebben evenveel prestige als de politici verloren. In dat klimaat zoekt rechts, met behulp van de media, een verankering voor een reactionair project. 

Omwille van haar traject en haar gedrag wordt de linkerzijde niet vereenzelvigd met de ‘politieke klasse’, maar ze vervult evenmin een leidinggevende rol. Links moet rechtse manipulatie en populistische sentimenten verhinderen en ook bruggen proberen te leggen tussen het bewustzijn van de massa’s en het socialistisch project. We kunnen discussiëren over de opportuniteit van de eis voor een ‘grondwetgevende vergadering’ om die link tot stand te brengen (die reeds aangepast een radicale verandering stelt, hoewel ook zeer gemanipuleerd door het gehate politieke systeem). Maar wat buiten kijf staat is de noodzaak om de politiek, de ordewoorden en de eisen in overeenstemming te brengten die de socialistische rijping van de Argentinazo in de hand werken. De ervaring van andere landen en van de revoluties wijzen erop dat die evolutie zich niet spontaan voordoet via ‘de massa’s die zichzelf bijeenroepen’. 

Het gebrek aan een erkende leiding en aan een politieke opstelling van de huidige beweging is op zich al een grote vooruitgang ten opzichte van de traditionele dominantie van het peronisme. Haar afstand ten opzichte van het socialisme vormt echter een obstakel dat men ook moet erkennen en moet trachten te overwinnen in de korte tijd die de crisis ons toestaat. De lofzang op de depolitisering of (de zwaktee?) van een actieve aanwezigheid van de linkse partijen berokkent niet alleen schade aan het gevecht voor een socialistische inhoud van het lopend project ; het is ook uitermate gevaarlijk ten opzichte van het anti-partijendiscours van de rechterzijde. 

De beschuldigende vinger van het volk wijst reeds in de richting van de politiekers en van de rechters: nu is het de beurt aan de bankiers die via de corralito (8) de grote beschermelingen zijn van de instellingen van het regime. Open propaganda van links is dus vitaal opdat de financiers die achter de rechtbanken en het parlement de werkelijke macht in handen hebben, door de arbeiders gezien worden als de werkelijke vijand. 

In het onmiddellijke zijn er twee complementaire terreinen waarop een socialistische uitweg voor de crisis moet gepopulariseerd worden : de directe organen van de massa’s die strijden en het verkiezingsterrein. In de Argentinazo ontstaan embryonale vormen van directe vertegenwoordiging, maar niet als de voorgaande van de piqueteros en van de volksvergaderingen zijn het nog geen alternatieve machtsvormen. En hoewel een totale instorting van de staat hun ontwikkeling in een stroomversnelling kan brengen, kan niemand deze ontwikkeling exact voorspellen. Het is een grote verdienste van de linkerzijde dat ze de vorming van deze organismen populariseert, maar er is geen enkele historische wet die hun massale doorbraak vereist. 

Als de verkiezingen van maart doorgaan, zal de linkerzijde hoge verwachtingen scheppen om de simpele reden dat het politieke scenario uitermate gepolariseerd blijft tussen het peronisme, centrum-links en links. Dat zou een historische penetratie van links kunnen veroorzaken, iets waarvan we de voortekens al zagen in de verkiezingen van 14 oktober en wat zich aan een versneld ritme aan het verderzetten is. Zo is een linkse coalitie er bijvoorbeeld voor het eerst in geslaagd de leiding van de Universitaire Federatie te veroveren op de radicalen, wat een aanduiding is van het soort exponentiële vooruitgang die mogelijk is als men de open mogelijkheid te baat neemt. 

Om aan dit ritme vooruit te gaan moet er zo snel mogelijk gewerkt worden aan een electorale eenheidsformule van links met kandidaten die in staat zijn de aan gang zijnde politieke wending te kanaliseren. In dit geval is eenheid niet alleen wenselijk, maar ook ronduit onontbeerlijk om de strijdende bevolking een alternatief aan te reiken. Het heeft geen zin te werken aan een ‘programmatorische verkiezingsinterventie’ van een kleine groep, wanneer alle voorwaarden verzameld zijn voor een gigantische sprong voorwaarts van de linkse krachten. De meningsverschillen moeten positief benaderd worden via een algemene vooruitgang van het socialistisch project, de obsessieve strijd voor de hegemonie moet weggedrukt worden. Door de gezamenlijke interventie in de Argentinazo – en in het bijzonder tijdens de grote mobilisatie van zaterdag 22 december – ligt de weg van de eenheid breed open. 

Het abstentionisme vormt een te overwinnen obstakel voor een vooruitgang van links, want de verkiezingsstrijd biedt een vruchtbare bodem om heel de bevolking een socialistisch alternatief voor te leggen. Het is totaal verkeerd dit terrein tegenover dat van de strijd op straat te stellen, terwijl men geen andere volksmacht voorstelt, want links moet nog veel aan autoriteit en politieke geloofwaardigheid winnen. Links is nog steeds een minoritaire kracht die zich op korte termijn kan omvormen tot een massa-alternatief als het zich bewust wordt van de buitengewone gelegenheid die zich voordoet. Om het verwerven van de macht tot doel te stellen, moet men voorafgaandelijk  de aanhang van de arbeiders verwerven en dat is een nog te verwezenlijke doelstelling. De antisocialistische vooroordelen uit het verleden bestaan niet meer, omdat in tegenstelling tot de periode die volgde op de Cordobazo en de staking van 1975 de peronistische jeugd een fantasme is geworden en omdat in tegenstelling tot de jaren tachtig het alfonsisme geen enkele steun heeft. De tijd versnelt om de nieuwe egalitaire en rechtvaardige maatschappij op te bouwen waarvan de militanten die alle dagen de straat bezetten dromen. 

(*) Claudio Katz is economist, professor aan de Universiteit van Buenos Aires, vorser aan het Conicet (Nationale onderzoeksraad van Argentinië) en socialistisch militant.


 

(1)   Rodriguez Saa werd omvergeworpen enkele uren nadat dit artikel geschreven werd.

(2)   Cazerolazos (casserole), luidruchtige en ludieke manifestaties, waarbij men op potten en pannen slaat. In Argentinië een progressieve traditie, in het naburige Chili in 1973 echter een zeer reactionaire protestbeweging. Santiagazo: de ‘azos’ zijn volksopstanden in Argentijnse steden, naar de befaamde ‘Cordobazo’ in mei 1969 in Cordoba, de tweede grootste stad van het land en een belangrijk industriecentrum. De ‘Santiagazo’ vond plaats in Santiago del Este op 16 en 17 december 1993 tegen loonsbezuinigingen van 50 procent op ambtenarenlonen en de niet-betaling van twee maanden loon.

(3)   17 oktober 1945.

(4)   Carlos ‘Chacho’ Alvarez. Woordvoerder van ‘centrum-links’ in de regering De la Rua.

(5)   Argentijnse Industrie-unie.

(6)   De crisis van 1989. Regering Alfonsin.

(7)   De Tragische Week (Semana Tragica) vormt een belangrijk moment in de Argentijnse klassenstrijd. Deze stakingsbeweging en arbeidersopstand in Buenos Aires werd in het bloed gesmoord. Arbeiders werden afgeslacht en er vonden pogroms plaats in de joodse wijken van de hoofdstad. Op precies hetzelfde moment vond de slachtpartij op de Duitse Spartakisten plaats en de moord op Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht.

(8)   Deze Argentijnse uitdrukking slaat op de opgelegde beperkingen in het gebruik van baar geld. De maatregel werd opgelegd om massale kapitaalvlucht te vermijden. Een corral is een afsluiting voor vee, een corralito voor kleinere dieren of kinderen (kinderparkje of kinderbox).

Naar boven