Naar een vernieuwde vakbeweging in Nederland? PDF Print Email
Geschreven door Hans Lammers op maandag, 01 april 2013
De komende maanden houden de lidbonden van de Nederlandse FNV congressen over toetreding tot de ‘nieuwe vakbeweging’. Hans Lammers sprak met Patrick van Klink, kaderlid van FNV Bondgenoten bij Unilever en lid van het voorlopig ledenparlement, over de nieuwe vakbeweging die in 2013-2014 tot stand komt.

De vakfederatie FNV wordt opgeheven en in plaats daarvan komt een nieuwe vakbond. Vanwaar de totstandkoming van de nieuwe vakbeweging en wat vind je van de discussie hierover tot nu toe?

De belangrijkste reden is dat het onderlinge vertrouwen weg was toen het pensioenakkoord in september 2011 tot stand kwam. Dit heeft een fundamentele discussie op gang gebracht over wat voor vakbond we willen en hoe deze georganiseerd moet worden. Het is goed dat deze nu wordt gevoerd, want nu kan tenminste de vraag gesteld worden of de zeggenschap bij de leden moet liggen of bij de negentien hoofdbestuurders die nu het federatiebestuur vormen van de FNV.

Dit federatiebestuur wordt vervangen door een ledenparlement met honderd leden die niet betaald worden door de bond. Uit de teksten en discussie blijkt dat het accent op activerend vakbondswerk ligt, dus het moet gaan om krachtige mensen die actief zijn op de werkvloer, en minder over polderen en de vakbond als sociale ANWB. Dat is een belangrijke verbetering, maar het gaat ook uitmaken wie op welke plek komt en hoe dat ledenparlement wordt samengesteld. Zeggen is één, doen is twee.

Wat wordt de structuur van de nieuwe vakbeweging?

Het is de bedoeling dat er een ongedeeld deel komt waarin wordt georganiseerd naar sector. Van het ongedeelde deel worden alle leden van de verenigingen lid. De leden van FNV Bouw, FNV Bondgenoten en Abvakabo worden hier lid van en deze bonden zullen zich eind 2014 opheffen en zich indelen in sectoren. Je zal dan een sector bouw, zorg en industrie krijgen bijvoorbeeld. Er zullen zeker een miljoen leden in het ongedeelde deel zitten. Daarnaast blijven er waarschijnlijk zowel vakbonden als verenigingen, zoals de Aob (gepensioneerdenvereniging, nvdr.), lid van de FNV.

Voor het ledenparlement geldt: hoe meer leden, hoe meer zetels. Hoe een sector leden kiest in het ledenparlement is aan de sector. De huidige lidbonden hebben in maart verschillende congressen waarin bovenstaande wijzigingen worden neergelegd en in mei 2013 zal het FNV een congres houden waarbij de nieuwe structuur wordt vastgelegd en daarna in de plaats komt van de huidige.

Dit nieuwe bestuur wordt eens in de vier jaar door het ledenparlement benoemd. De voorzitter wordt rechtstreeks gekozen door alle leden. Het is nog zeer de vraag hoe dit ledenparlement zich zal verhouden tot dit bestuur. Als het bijvoorbeeld maar drie keer in het jaar bij elkaar komt, zal zijn invloed op het bestuur beperkt zijn. Hoe ruim zal het ledenparlement het bestuur een mandaat meegeven voor onderhandelingen met de werkgevers en het kabinet? Wordt het in het ledenparlement los zand of een echte samenwerking? Bij dit laatste moeten er wel bestaande grenzen worden doorbroken.

Hoe zou dat met de nieuwe vakbeweging gaan als er een discussie komt over een landelijke staking tegen Rutte II?

In Rotterdam zitten kaderleden in een regionaal actiecomité. Voor een staking moet het hoofdbestuur toestemming geven. In de huidige structuur van de FNV hebben Bondgenoten en Abvakabo met 800.000 leden van de 1,2 miljoen nog geen meerderheid in de federatieraad. In het verleden is daarvoor gekozen om zo de kleinere bonden niet te overstemmen. In het ledenparlement zal dat met evenredige vertegenwoordiging gaan.

Maar een dergelijke staking is niet alleen een kwestie van een voorstel doen en koppen tellen. Daaraan gaat vooraf dat het ledenparlement duidelijk aangeeft waar de grens ligt en de vakbondstop geen onderhandelingsruimte meer ziet voor overleg met regering en werkgevers. In diezelfde periode moeten de leden goed geïnformeerd en betrokken zijn. Aan dit hele proces valt nog heel wat te verbeteren en we zitten daar nu middenin.

Wat is het perspectief voor de vakbond als het gaat om de bezuinigingsagenda van Rutte II?

Het pensioenakkoord ging tegen de mening in van de grote bonden Abvakabo en Bondgenoten. Met de Kunduz-coalitie en Rutte II is er iets veel ergers voor in de plaats gekomen. De interim-voorzitter van de FNV, Ton Heerts, heeft nog geen mandaat voor een sociaal akkoord. De inzet daarvoor wordt op 1 maart met het voorlopige ledenparlement besproken.

Of dat akkoord er komt ligt ook aan de opstelling van de regering. De regering heeft weinig ruimte als ze vasthoudt aan 3 procent begrotingstekort. Als dat voor hen de kaders bepaalt, zijn we snel uitgepraat. Ton Heerts heeft wel aangegeven dat als over flexibilisering en ontslagrecht niet te praten valt, hij geen akkoord sluit. Het zou mooi zijn als hij dat volhoudt tot aan het eind.

Als er boterzachte toezeggingen komen om de flexibilisering te verminderen in ruil voor verslechteringen van het ontslagrecht, moet er geen akkoord komen. Dan hebben we onze handen vrij om met de werkgevers iets uit te onderhandelen. Je kan dan ook actievoeren richting de politiek. Bovendien laat je zien dat je ergens een grens trekt. We gaan ervoor hier een meerderheid voor te krijgen.

 

Dit interview verscheen oorspronkelijk op socialisme.nu

Naar boven