Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Meneer de Burgemeester, welterusten! Slaap maar lekker in je mooie witte huis… PDF Print Email
Geschreven door Oproep op vrijdag, 10 december 2010

"We moeten niet meehuilen met de wolven, wij socialisten moeten het verschil maken. In deze geglobaliseerde wereld waarin de kloof tussen rijk en arm steeds groter wordt, mogen we ons verwachten aan nog meer migratie. We moeten ons als socialisten altijd solidair opstellen." Dixit Daniël Termont, de Gentse burgervader, bij de opening van de tentoonstelling over 125 jaar socialistische partij op 9 mei 2010. De socialistische beweging in Gent heeft inderdaad een lange traditie van solidariteit. Toen in de winter van 1884-1885 een staking uitbrak in de mijnen van de Borinage, riep socialistisch boegbeeld Edward Anseele de Gentenaars op om solidair te zijn. De coöperatieve bakkerij van de Vooruit zond wagonladingen brood om onder de stakers te verdelen. Dat solidair gebaar vertelde meer dan 100 redevoeringen wist Anseele. Het contrast met Termont’s uitspraken over de Roma in de kranten en in de gemeenteraad, is groot: "Mensen, toon alstublieft uw goed hart niet, ook al breekt het bij het zien van zoveel ellende (…) Bied de Roma geen onderdak, geen dekens, geen soep, want hoe meer je ze helpt, hoe meer er naar Gent komen. En onze stad zit nu al overvol". 

Hoe meer je ze helpt, hoe meer er naar Gent komen?

Laat ons beginnen met de feiten. In de voorbije 5 jaren hebben er zich in de hele provincie Oost-Vlaanderen zo’n 10.000 ‘Roma’ gevestigd. Dit is eigenlijk ‘een intra-Europese migratiestroom’ met een mix van Oost-Europese groepen uit Slowakije en Bulgarije, Tsjechië, Hongarije en recentelijk ook Roemenië , die geschat worden op 8000, waarvan 4700 Roma. Het scenario doet denken aan de asielzoekers, in de Brusselse nachtkou door een federaal falend asielbeleid. Toch verschilt het dossier van de Roma, net omdat het gaat om Europese burgers die het recht hebben om hier (tijdelijk) te zijn. Echter, door de precaire statuten (tijdelijke arbeidsstatuten als zelfstandigen) komen veel van hen uiteindelijk in de armoede terecht, zowel in systemen van leeflonen tot kraakpanden, of worden ze als goedkope arbeidskrachten geëxploiteerd. Voor de ‘minder gelukkigen’, volgt de bedelstaf.

Kan de stad dit probleem alleen oplossen? Nee! Dit migratievraagstuk is verweven met verschillende schaalniveaus, en kan dus alleen opgelost worden door een oplossing te zoeken “op” die verschillende niveaus. Termont wijst terecht naar andere overheden (in DS 3/12). Geert Bourgeois besliste vrijdag trouwens om een Vlaams beleid ten aanzien van Midden- en Oost-Europese (Roma-)migranten uit te werken ter ondersteuning van de lokale besturen. En, dat is nodig, want de oorzaak is wel degelijk structureel, zoals de beleidsnota “intra-Europese migratie en de Stad Gent” vermeldt. Het gaat om de ontwrichting van de maatschappijen in Slowakije en Bulgarije, de structurele achterstelling, racisme en discriminatie van de Roma in een EU-land, en de kloof tussen rijk en arm die als een etterbuil openbarst nu de economische crisis toeslaat. Oppositiepartij Groen! kaart overigens al enkele jaren aan dat er broodnodig maatregelen nodig zijn voor de instromende ‘Roma’. Binnen het bestuur bestaat ook de wil om deze populatiestroom te integreren zover haar draagkracht dat toelaat op het vlak van onderwijs, huisvesting en arbeidsbemiddeling. Echter, naast dit spoort heeft zich een tweede spoor ontwikkeld dat expliciet de repressieve toer opgaat (bvb. door kraken hard aan te pakken) om “pull”-factoren in te dijken.

Dé Roma zijn hét probleem

Zijn er geen samenlevingsproblemen in de 19de eeuwse gordelwijken, die dringend moet aangepakt worden? Natuurlijk wel. Vooral sluikstorten en enorme lawaaihinder, ook door Oost-Europese groepen, leiden tot een waterval van klachten. En nee, we moeten ook niet blind zijn voor de uitbuitingsmechanismen "binnen" Oost-Europese groepen, noch voor bedenkelijke informele overlevingsmechanismen. Maar een oplossing zoeken voor reële samenlevingsproblemen doe je niet door één bevolkingsgroep te viseren. Termont benadrukt dat de Roma “de normen en waarden van Gent niet kennen”. En hij laat optekenen: “Zo zouden ze hun behoefte op straat of in de parken doen, stelen ze, prostitueren ze zich en maken ze nachtlawaai. Bovendien kraken ze leegstaande panden.” Is Termont vergeten hoe de Gentse burgerij vroeger dacht over het textielproletariaat in de Gentse wijken; over het lawaai, de overlast, de geurhinder in de beluiken, over de criminaliteit en het alcoholisme, en het gebrek aan normen en waarden? “We mogen ons niet laten vangen aan karikaturen en stereotypen.”, zei Termont tijdens zijn speech ter gelegenheid van 135 jaar socialisme. “Socialisten moeten ook blijven hameren op de klassieke sociaal economische hefbomen die ook de klassieke autochtone arbeidersklasse uit de onderkant van onze samenleving hebben getrokken. Onderwijs en werk blijven de sleutels tot emancipatie.”

Helaas dreigen nu alle samenlevingsproblemen in Gent tot ‘dé Roma’ herleid te worden. Moet dit stigmatiserende discours niet worden begrensd door het aan de alledaagse realiteit te toetsen? Wie in de 19de-eeuwse gordelwijken woont of daar werkt, kent wat als ‘overlast’ gecategoriseerd wordt en haar veroorzakers: van autobestuurders die aan veel te hoge snelheden door de wijken scheuren, tot individuen die de drugshandel draaiend houden (in gedoogde kraakpanden) en andere praktijken. De verleiding is soms groot om deze te categoriseren: ‘Turken zus’, ‘Bulgaren zo’… Gelukkig bleven beleid en middenveld tot op heden voorzichtig met dit soort etiketten, maar, zo blijkt, niet langer wat de Roma betreft. Echter, is het vertalen van complexe achterstellingproblemen in cultuuretnische termen adequaat om zaken aan te pakken? Of spelen in het selectief hanteren van dergelijke terminologie redenen van electoraal gewin?

En de vrijwilligers versterken het aanzuigeffect...

De problematiek van de Roma is zondermeer (ook) een Europees probleem, maar onder dat mom neemt niemand zijn verantwoordelijkheid. De (vrijwillige) hulpverleners doen dat in elk geval wel. Maakt een structureel probleem de (inter-)menselijke solidariteit tot iets dat ‘not done’ is? De situatie is momenteel acuut: wat moet je doen als er een gezin met kinderen in de vrieskou komt aankloppen om hulp?  Hen de vriesnacht insturen? Het probleem is niet “het groot hart van vrijwilligers”, het probleem is de onwil van een reeks overheden die mensen in nood letterlijk in de kou laat staan.

Gelukkig volgen veel andere organisaties en mensen het harteloze advies van Termont niet, en nemen ze wel initiatief! De Rector van de UGent laat momenteel 70 mensen opvangen,  en Dirk Deboodt van ACOD Defensie pleit ervoor om de kazernes open te stellen en de mensen daar een brood, bed en bad te geven. Trouwens, naast ons beroepen op Europese en Vlaamse middelen, kunnen er wel degelijk lokale initiatieven genomen worden. Waarom bijvoorbeeld nu in Gent besparen op interculturele bemiddelaars die als brugfiguren op de scholen functioneerden? En waarom geen programma’s opzetten zoals in de Brusselse Foyer, die werken met aangepaste leertrajecten en opleidingen?

“’Links hangt in de touwen’, hoor je vaak zeggen. Maar, kameraden, verloren hebben we pas als we stoppen met strijden voor onze idealen, als we plots niet meer verontwaardigd zouden zijn over onrecht”, stelde burgervader Termont in het verleden. Natuurlijk zorgt deze onophoudelijke toestroom voor een moeilijke situatie in Gent, en probeert rechts garen te spinnen het migratievraagstuk. Maar links heeft pas verloren als we stoppen met strijden voor onze idealen, en niet meer verontwaardigd zijn over gezinnen met kinderen die in het warme Gent op straat moeten slapen. Met een goed hart alleen kom je er niet, maar in ‘het beste der mogelijke werelden’  is het soms, en helaas, meer dan een noodzaak. Mr. de burgemeester, …slaap zacht!

Pascal Debruyne (UGent), Lies Horrie (Gastvrij Gent), Carla Ronkens (Werkgroep Vluchtelingen), Chris Bens (Hand in Hand), Tibor MOCO (Onafhankelijk Roma Initiatief), Lut Vael (Samenlevingsopbouw Gent), Sabine Declercq en Bieke Vanlerberghe (De Sloep VZW), Hilde Verschaeve, Sigrid Vertommen (Infomania), Marlies Casier (UGent).

Naar boven