Agenda

Geen geplande activiteiten.

Populair

Vlaamse Onderwijs C.A.O.: waarom toch een artikel over een non-event? PDF Print Email
Geschreven door Eddy Decreton op zondag, 02 januari 2011

In de Vlaamse pers verschenen slechts enkele regels over het afsluiten van een Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het Vlaamse onderwijspersoneel, CAO IX , die blijkbaar heel weinig om het lijf heeft. Toch kan het interessant zijn om de context te schetsen waarin deze CAO werd afgesloten. Met turbulente tijden in het verschiet...

Eerst en vooral de nummering: de IX wijst op de periode sinds het onderwijs definitief van het federale naar het Vlaamse niveau werd overgeheveld, maar een afzonderlijke CAOIII voor het hoger onderwijs wijst nadien nog op een nieuwe afsplitsing: het hoger onderwijs wordt afzonderlijk behandeld en is de proeftuin voor enveloppenfinanciering en neoliberale experimenten (lees: besparingen).

Een C.A.O. is per definitie een akkoord tussen een werkgever en een werknemer voor een bepaalde duur over de arbeidsvoorwaarden en –omstandigheden van het personeel te verbeteren. De werkgever hoopt dan dat hier tegenover de vakbondsleiding “sociale vrede” zal garanderen, omgekeerd kan de vakbond wel stellen dat de C.A.O. voor alle personeelsleden geldt (de dekkingsgraad is dus veel groter dan de syndicalisatiegraad ).

De vorige C.A.O. VIII zondigde reeds tegen dit principe. Ondanks het feit dat ze iets substantieels bevatte (een verhoging van vakantiegeld die overeenkomt met een lineaire loonsverhoging van 3%) werd ze afgesloten voor een langere periode (2005-2009) en is nu zelfs nog niet helemaal uitgevoerd. De socialistische onderwijsbond (ACOD) tekende dan ook niet voor akkoord. Maar als minstens één kleine bond tekent is een C.A.O. geldig.

Smet bespaart fors

Ondertussen kwam de kersverse onderwijsminister Pascal Smet (sp.a) met een besparingsplan van 136 miljoen naar voor, sociale vrede behoort tot dat soort oorlogen waarin maar één partij mag schieten. Hij speelde het handig: starten met een lineaire loonsvermindering van 1% (iets wat niet meer gezien was sinds de naweeën van de Grote Depressie) om achteraf die maatregel terug in te trekken en te vervangen door besparingen die “de leraar in de klas” niet zou voelen. Bvb. besparing in de ondersteuning (voor gelijke kansen, voor mentoren, voor korte vervangingen, de eigen navorming) en bevriezing van de materiële werkingsmiddelen voor 2 jaar (ondanks de opnieuw licht stijgende inflatie). Zoiets komt toch neer op een banenverlies dat bijna equivalent is aan het sluiten van een autofabriek. De vakbondsleiding tekende niet voor akkoord maar ging ook niet in op voorstellen tot actie (in sommige vergaderingen was bij indicatieve stemming driekwart tot actie bereid). Maar vooral de conclusie die de nationale leiding trok was zeer bizar: “omdat de minister nu aangeschoten wild was en een zware politieke blamage had opgelopen” en de vakbond bijgevolg sterk stond zou men nu …. een zeer bescheiden C.A.O  indienen die alleen kwalitatieve eisen zou stellen (lees: de regering geen geld zou kosten).

En dit is dan die C.A.O. IX.  Voornaamste eis was het feit dat in het Vlaamse gemeenschapsonderwijs in tegenstelling met de andere netten (vrij katholiek , provinciaal en stedelijk openbaar) als er uren beschikbaar zijn de directies niet verplicht zijn om die vacant (open voor vaste benoeming) te stellen. Iemand die voor benoeming in aanmerking komt moet dan nog 720 werkdagen presteren vooraleer de benoeming die bij meerdere kandidaten gebeurt via een locale (en vaak zeer subjectieve, bvb. interviews) procedure.
Voor jonge leerkrachten die minder dan halftime  werken werd het tellen van de nodige daden ook gehalveerd. Vandaar de vakbondseis: verklaar vacant wat er is en tel die dagen volledig mee.

Maar hier zie je weer een ontkrachting van het principe van een C.A.O.  Aan tafel zitten namelijk 3  (!) partijen: de vakbonden, de eigenlijke werkgever (de minister) en de “inrichtende machten” (de koepels die het onderwijs inrichten: gemeenschap, steden, provincies en de private katholieke koepel). En die stellen zich nog harder op dan de minister zelf. Resultaat van dit alles: de vakbond tekent de CA.O. maar het gemeenschapsonderwijs niet.  De vacantverklaring komt erdoor waardoor op 1/1/2013 de eerste mensen met de nieuwe regeling kunnen benoemd worden. Maar de discussie over de dagentelling wordt verwezen naar een “werkgroep loopbaandebat” en voorlopig blijven de willekeurige aanstellingsregels per lokaliteit ook voortbestaan.

Welke lessen trekken?

Opnieuw vind de vakbondsleiding dat ze hieruit “lessen” moet trekken: de volgende C.A.O. zal opnieuw substantieel zijn (lees: geld kosten)! Men is dan verbaasd over de lage opkomst bij de definitieve stemmingen over de C.A.O aan de basis ……

Eerst en vooral schijnen die leidende kameraden out of touch met de politieke context. Overal in Europa zitten we met scherpe aanvallen op het onderwijs (en vooral het hoger onderwijs): Frankrijk, Engeland, Ierland, Italië, Nederland, …. die massaal protest uitlokken. België zit voorlopig in het oog van de storm en alles lijkt rustig door de regeringscrisis. M.a.w. de NVA zit nu in de Vlaamse regering en houdt zich koest (behalve een aanval tegen het provinciale onderwijsnet) omdat ze hoopt dat er eenmaal een regering komt die voldoende seinen zal geven (met steun van IMF en Europese Unie) om ook met besparingsplannen voor de dag te komen en die door te geven aan de regio’s. De voortschrijdende regionalisering is trouwens hét breekijzer  bij uitstek voor een neoliberale aanval.

Als we dan toch enkele lessen moeten trekken:

 

  • Als er een begin van bereidheid tot mobilisatie is moet die worden aangewakkerd i.p.v.  afgeremd. Er is nood aan een democratisch uitgewerkt actieplan.
  • De kritiek op het toekomstige NVA beleid van de socialistische vakbondstop mag geen papieren verklaring blijven,  met toch nog de hoop dat de politieke kameraden (sociaaldemocraten, christendemocraten en groenen) vanuit hun pluchezetel de zaak wat zullen afremmen), het moet het startschot zijn van een sensibilisatiekampanje aan de basis .
  • Een volgende C.A.O. moet (zoals voor VIII gebeurde) opnieuw via een bevraging op de scholen voorbereid worden om te zien welke eisen werkelijk leven bij de basis.
  • In het hoger onderwijs mag de “sociale vrede” niet beletten om acties tegen de huidige besparingen af te remmen maar die te ondersteunen, de volgende besparingsronde voor te zijn én internationale contacten te leggen.

 

Eddy Decreton is syndicaal militant van de ACOD en lid van de Internationale Socialisten. Hij schreef dit artikel in eigen naam.


 

Naar boven